Auteur:Klaus Palesch
Uitgegeven door Gold Sieber Spiele, 1998
Een apart verzamelspel, voor 2 tot 6 spelers
Vanaf 10 jaar
Fossielen zijn versteende getuigen van lang vervlogen tijden maar toch wordt de verhankelijkheid door hen weer levend. Ook kleine schelpjes, zoals iedereen die kan vinden, bezitten een fascinerend verhaal. Met behulp van wat tactische handigheid ben je in staat om de verspreide stukjes te verzamelen. Trots toont ieder zijn vondst. Op het einde telt enkel de roem want steenrijk kan men er niet mee worden.
Spelmateriaal:
De fossielen
Men heeft 9 verschillende fossielen die elk uit 9 stukjes bestaan. De symbolen op de kaartjes laten toe om de fossielen te ordenen. Het aantal symbolen bepaalt de waarde van het kaartje. Ieder fossiel bestaat dus uit 9 kaarten met de volgende waarden: 1x 3, 2x 2 en 6x 1.
Het speelbord
Het speelbord toont enerzijds een waarderingstabel waarop met behulp
van de waardestenen het puntenaantal van elke speler wordt aangegeven
en anderzijds het speelveld waarop de vondstkaarten gelegd
worden.
Opmerking : hierna volgen de spelregels voor 4 tot 6 spelers, het is wel noodzakelijk deze eerst door te nemen vooraleer je begint met de spelregels voor 2 tot 3 spelers.
De voorbereiding
Het spelverloop
Halfedelstenen verplaatsen
Beide halfedelstenen kunnen door alle spelers verplaatst worden
daar ze aan niemand toebehoren. Wanneer een speler aan beurt is moet
hij één van beide halfedelstenen in een rechte lijn
horizontaal of verticaal, echter niet diagonaal verplaatsen. Het is
hierbij verboden om over de andere halfedelsteen te springen .
Het verplaatsen eindigt steeds op een kaartje.
De speler neemt het kaartje en legt dat, goed zichtbaar voor
iedereen, open voor zich neer.
De speler zegt vooraf waar hij zijn halfedelsteen naartoe gaat schuiven. Velden waar er geen kaartjes meer liggen worden niet meegeteld. Voor ieder kaartje dat voorbijgegaan wordt alsook voor het kaartje waar men eindigt moet de speler 1 punt betalen. Zijn waardesteen wordt het overeenkomstig aantal plaatsen terug geschoven op de waarderingstabel. Een van de spelers neemt het uitvoeren van al de acties op de waarderingstabel op zich.
Een speler mag enkel een zet uitvoeren als hij over voldoende punten beschikt. Heeft een speler 0 punten dan moet hij zijn beurt overslaan. Zijn steen wordt van de waarderingstabel genomen tot hij na een waardering van een fossiel terug punten heeft.
Waardering van een fossiel.
Wanneer een speler de laatste kaart neemt, die tot een fossiel
behoort, volgt er een waardering van deze fossiel. Voor de eigenlijke
waardering kan de speler, die deze waardering veroorzaakt heeft,
één kaart met die van een andere speler ruilen, deze
moet het ruilen toelaten. De speler kan ook afzien van een eventuele
ruil.
Beide geruilde kaarten moeten een zelfde waarde hebben. Zo kan men een kaart met waarde 2 tegen om het even welke kaart met waarde 2 ruilen bij een willekeurige speler. De geruilde kaarten mogen tot verschillende fossielen behoren of ook tot die fossiel die na het ruilen wordt gewaardeerd.
Iedere speler die van de gewaardeerde fossiel kaartjes bezit berekent zijn vondstwaarde. Hij telt alle punten van zijn kaartjes op en vermenigvuldigt dit met het aantal kaartjes van deze fossiel in bezit.
Bv.: Bernd neemt het laatste kaartje van de zee-egel. Hij ziet af van een ruil met een andere speler. Hij heeft kaartjes met de waarde 2,2 en 1 voor zich liggen. De som van zijn zee-egel is 5. Zijn vondstwaarde is dus 5 x 3 = 15.
De spelers krijgen nu hun vondstwaarde als punten op de waarderingstabel.
Iedere speler die geen kaartje van de betreffende fossiel bezit
moet punten afgeven. Deze punten worden aan de speler met de hoogste
vondstwaarde gegeven. Hij krijgt van elke speler 1 punt per kaart dat
hij zelf van deze fossiel bezit.
Heeft een speler onvoldoende punten dan geeft hij alles wat hij
bezit. De speler met de hoogste vondstwaarde krijgt daarentegen toch
het aantal punten waar hij recht op heeft, nl. zoveel punten als hij
kaartjes heeft van deze fossiel.
Hebben 2 spelers beiden de hoogste vondstwaarde dan verdelen ze de
punten, die ze krijgen van de spelers die geen kaartjes bezitten,
evenredig.
Bv.: De zee-egel wordt gewaardeerd. Andreas heeft 3 kaartjes
met de waarde 1,1,3 voor zich liggen. De vondstwaarde is 3 x 5 =15.
Bernd heeft de kaartjes 1,2,2 met als vondstwaarde 3 x 5 =15 en
Carola heeft 3 kaartjes met de waarde 1 met als vondstwaarde 3 x 3 =9
voor zich liggen. Doris en Ernst hebben geen enkel kaartje van deze
zee-egel. Andreas en Bernd krijgen elk 15 punten. Carola krijgt 9
punten. Doris en Ernst moeten elk 3 punten afgeven. Doris geeft 1
punt aan Andreas en 1 punt aan Bernd. Het derde punt krijgt niemand.
Ernst doet hetzelfde als Doris. Andreas en Bernd hebben in deze
waardering ieder 15 + 1 +1 =17 punten bekomen
Na het verdelen van de punten neemt men de kaartjes van de
betreffende fossiel uit het spel en legt men ze terug in de doos.
Wanneer een speler op de waarderingstabel boven de 100 punten komt
neemt hij zijn waardekaartje met de waarde 100. Zijn steen wordt
hierop geplaatst en begint vanaf dan terug op 1. Komt men onder de
100 dan geeft men zijn waardekaartje terug af.
Speleinde
Het spel eindigt van zodra men met de beide halfedelstenen
onmogelijk op een kaartje kan eindigen.
Nu worden de fossielen gewaardeerd waarvan er nog kaartjes op het
speelbord liggen. Enkel de kaartjes die voor de spelers liggen worden
geteld. Men mag in geen geval nog ruilen.
De speler met de meeste punten wint.
Fossiel voor 2 tot 3 spelers wordt grotendeels gespeeld zoals bij fossiel voor 4 tot 6 spelers. Enkel bij de spelvoorbereiding worden de kaartjes anders gelegd en er geldt ook een ander systeem bij de puntenverdeling.
Spelvoorbereiding
De omgekeerde kaartjes worden goed geschud. Beginnend op het veld
in de linker bovenhoek worden ze 7 x 7 velden zichtbaar neergelegd.
Vooraf worden alle kaartjes van de schelp en de vis alsook alle
kaartjes met de waarde 3 uit het spel genomen. De 7 kaarten die na
het afleggen nog overblijven verdwijnen eveneens uit het spel.
Puntenverdeling.
Alle spelers vergelijken hun vondstwaarde. Enkel de speler met de
hoogste vondstwaarde krijgt zijn volledige waarde vermenigvuldigt met
het aantal kaartjes aan punten. De andere spelers krijgen slechts
punten volgens de som van de waarde van de kaarten.
Bv.: Men waardeert de zee-egel. Andreas heeft de kaarten met de waarden 1,1,2,2 voor zich liggen. de vondstwaarde van dit alles is 4 x 6 = 24. Bernd heeft de kaarten 1,1,1,1 met als vondstwaarde 4 x 4 = 16. Carola heeft geen kaarten van de zee-egel . Andreas krijgt 24 punten en Bernd 4 punten. Carola moet 4 punten aan Andreas afgeven daar hij 4 kaarten van de zee-egel heeft. Andreas bekomt in deze waardering 24 + 4 = 28 punten.
Hebben meerdere spelers de hoogste vondstwaarde, dan bekomen ze allemaal de vondstwaarde als punten.
Spelers die geen kaarten van de betreffende fossiel hebben moeten zoals bij 4 tot 6 spelers punten afgeven.
1. halfedelsteen plaatsen en kaart nemen
2. eventueel fossiel waarderen
2.1 vondstkaarten wisselen
2.2 vondstwaarde berekenen
2.3. punten verdelen of aftrekken indien de speler geen
overeenkomstige kaart heeft.
Home Page| Nieuw | Vorig Nieuws | Publicaties | Spelgids | Vertalingen | Agenda | Clubs | Adressen | Documentatie | Zoekertjes | Links | Top-20 | Medewerkers
Date Last Modified: 27-04-1998
© Deze pagina is onderdeel van de vzw Vlaams
Spellenarchief